Dit portret toont het hoofd van een oudere man in driekwartaanzicht, naar rechts van de kijker gekeerd. Het onderwerp onderscheidt zich door zijn lange haar en lange golvende baard die over zijn schouders en borst valt. De lengte van het haar en de baard zijn ongebruikelijk in Renaissance-portretten en suggereren, zoals nu, een persoon van schanderheid. Het gezicht heeft enigszins een arendsneus en wordt gekenmerkt door diepe lijnen op het voorhoofd en wallen onder de ogen. Het lijkt alsof de man zijn bovenste voortanden heeft verloren, waardoor de groeven rond de neusgaten dieper zijn geworden.




Zelfportret
rood krijt op papier • 33.3 cm 21.3 cm