Na maanden correspondentie met Van Goch voegde Paul Gaughuin zich in 1888 bij hem in Arles. Ze hadden allebei de intentie een 'niet-realistisch landschap" te schilderen. De werken zijn één van de eersten die beide kunstenaars maakten na Gaughuin's aankomst. Van Gogh en Gaughuin bezochten "Les Alyscamps", een oude Romeinse necropolis die buiten de stadsmuren was aangelegd. Na een tijdje werd de site ingepalmd door fabrieken en de spoorweg behalve de Allée des Tombeaux, een dreef met aan weerszijde schaduwrijke populieren, die naar een romaanse kapel leidt. De twee kunstenaars kozen vaak identieke onderwerpen om daarna hun werken naast elkaar te leggen; we kunnen aannemen dat ze beiden "Les Alyscamps" geschilderd hebben om daarna de werken te vergelijken. Van Gogh schilderde Vallende bladeren en Gaughuin Alyscamps.




Les Alyscamps
olie op doek • 91,6 x 72,5 cm