Vandaag starten we ons maandelijks thema met het Nationalmuseum in Stockholm - voor de komende vier zondagen zullen wij meesterwerken tonen uit hun magnifieke collectie. We hopen dat je het leuk vindt! :)
Dit schilderij is tijdperk bepalend voor de late zeventiger jaren van de 19e eeuw, toen vrouwelijke kunstenaars en schrijvers een belangrijke invloed hadden op het culturele leven van die periode. Zij waren in staat gebleken om zowel het beeld van de rol van de kunstenaar als dat van het middenklasse familieleven te veranderen.
Jeanna Bauck heeft er hier voor gekozen om een kunstenares in het midden van haar creatieve process weer te geven. Ze portretteert Bertha Wegmann, die volledig opgaat in het werk op haar ezel, in hun gedeelde studio en huis in München, Duitsland. Wegmann, die één de meest prominente Deense portretschilders zou worden, schilderde later Jeanna Bauck in haar atelier in Parijs in 1881. In dat schilderij bleek ze in staat om de vrije onafhankelijke vrouw van haar tijd, De Nieuwe Vrouw, te combineren met de verfijning van middenklasse vrouwelijkheid. Rond deze tijd schilderde kunstenaars ontelbare portretten van hun vrienden en collega's, maar het waren alleen vrouwen die elkaar in hun professionele rol portretteerden. De wil om kunst te creëren werd beschouwd als mannelijk binnen een patriarchaal systeem, en zolang patriarchale samenlevingen als natuurlijk werden gezien, was het onnatuurlijk en onvrouweliijk voor vrouwen om kunstenares te zijn.
In the 19e eeuw werd er een hiërarchische verdeling tussen het publieke en private domein vastgesteld (die in zekere zin vandaag nog steeds bestaat). In de moderne kunstgeschiedenis werd thuis beschreven als een tijdloze zone; de zogenaamde vrouwelijk sfeer werd gezien als een statisch podium in relatie tot het verhaal van de moderniteit dat zich afspeelt in de openbare ruimte van de dynamische metropool.
In die tijd moesten vrouwen het moderne leven weergeven vanuit een verschillende sociale omgeving dan hun man, omdat vrouwen uit de middenklasse niet vrij over straat konden bewegen. Uit hun werk kun je opmaken welke ruimten openstonden voor hun schilderingen. Schilderijen van Noordse vrouwelijke kunstenaars laten letterlijk zien dat zij niet buiten hun eigen studio konden gaan: het was zowel hun thuis als hun werkplek. Een sociale ruimte die geassocieerd wordt met het professionele leven en derhalve met de openbare ruimte. In hun portretten vertegenwoordigt het atelier zowel een eindeloze ruimte vol mogelijkheden als ook de absolute grens van hun wereld. Ze kozen ervoor om niet de moderne stad buiten hun huis te schilderen; dit in tegenstelling tot de vrouwelijke artiesten van de Avant-Garde die de moderniteit vanaf balkons en theaterloges weergaven.