Stilleven met Blauwe Pot

Op deze dag in 1839 werd Paul Cézanne, de grootvader van abstracte kunst uit de 20ste eeuw, geboren. Zowel Matisse als Picasso hebben eens gezegd dat Cézanne "de vader van hen allen is".

Het stilleven was een voornaam thema gedurende Paul Cézanne's artistieke carrière. Gebruikmakend van een hele serie van alledaagse objecten, zoals fruit, kannen, flessen en borden, experimenteerde hij met de relatie tussen vormen, kleuren en patronen. Ook al doet de groepering van de objecten willekeurig aan, Cézanne heeft ze zonder twijfel met nauwkeurige precisie juist zo gearrangeerd. Hij was daar soms uren mee bezig.

Uit deze heldere aquarel wordt Cézanne's gedenkwaardige opvatting van vorm duidelijk: de kan, de twee potten (een witte en een blauwe) en de zeven appels nemen een fysieke aanwezigheid in die groter lijkt dan deze in de werkelijkheid zou zijn. Met behulp van kleine kleurvlakken die aan elkaar worden geregen, riep Cézanne de kneedbaarheid van een materiaal op. Hiermee bouwde hij een vorm op als zijnde baksteenconstructies. Zijn frisse en krachtige penseelstreken zijn zichtbaar in de achtergrondmuur, waar groene en blauwe streken naast elkaar zijn aangebracht. De appels worden vormgegeven met rode bogen rond de omtrek, dan gele penseelstreken naast de rode en het lege, witte midden suggereert licht dat weerkaatst op het oppervlak. De gebogen penseelstreken van bruin, groen en blauw die lijken te versmelten met de onderste helft van de muur, vormen eigenlijk het tafelkleed.